Meer over rentmeesterschap

Op Schouwen-Duiveland is wat ons bindt: dat we leven van de rente van de aarde; oftewel rentmeesterschap. Wat rentmeesterschap is? We mogen van de aarde gebruikmaken, maar we mogen ‘m niet opmaken. Daarbij laten we ons hart spreken. We beseffen ons daarbij dat er al grenzen zijn overschreden en zetten ons in om ecosystemen, biodiversiteit en natuur te regenereren. Om dat te realiseren zullen we de puzzelstukjes met elkaar moeten verbinden, wat niet makkelijk is.

“Wij Aarde. Wij Schouwen-Duiveland. Eigenlijk zegt dat ’t wel”, zegt een van de deelnemers. En dan valt het even stil.

Wat in de dialoog verder naar voren komt:

Het is duidelijk dat er nu al grenzen zijn overschreden wat vraagt om actieve inzet op regeneratie (herstel van ecosystemen, biodiversiteit en natuur en herstel van onszelf - dat we ons weer onderdeel van de natuur voelen). 

Ook wordt duidelijk dat vooral geld een en ander lastig maakt: “Geld moet een middel zijn, geen doel, zoals het nu is. Zodra middelen doelen worden gaat het mis.”

“Je wilt het toch op een goede manier overdragen aan een volgende generatie. Dat zit ook in mij”, zegt een andere deelnemer, zelf melkveehouder op het eiland. “Daar hebben we elkaar bij nodig. We hebben de balans nodig. En we hebben verbinding nodig - met de natuur, met de boer, met de burgers. Dat wordt te vaak vergeten.”

“Weet je wat nu zo mooi is”, zegt dezelfde melkveehouder op een later moment in het gesprek. Ik stond net bij de lunch naast jou (initiatiefnemer biologische boerderij Kloetsevelden) om een broodje te eten. We stonden naast elkaar en jij zei tegen mij: “Jij hebt koeien en je produceert mest; ik heb een boerenbedrijf, dat zoekt mest. En dat we elkaar dan zouden kunnen vinden. En dat die kostbare mest, die ook een vorm van rente is waar planten het goed op doen, dat we die dan goed benutten. Dat zou toch mooi zijn!? Dat is rentmeesterschap.”

Iemand anders voegt toe dat rentmeesterschap ook gaat over je talenten benutten. Dat als jij ergens goed in bent – je kan bijvoorbeeld goed zingen – dat je dat dan deelt met anderen.

Het gesprek komt nog op de vraag hoe rentmeesterschap te meten. “Stikstof is te meten, CO2 ook, waterkwaliteit ook. Zelfs geluk is te meten. Maar hoe weeg je die dingen tegen elkaar af? Uiteindelijk gaat het om het welzijn van iedereen. Dus zijn ook andere waarden nodig.” 

Weer zo’n gemeenplaats. Maar ook een waarheid als een koe.

Meer over kansengelijkheid

Als we op Schouwen-Duiveland gedreven worden om te willen ‘leven van de rente’ van de aarde, zullen we ook moeten kijken naar kansengelijkheid. Heb je überhaupt de kans om te leven van ‘de rente van de aarde’?  

De groep die zich tot taak stelt om dit begrip te verduidelijken, stelt dat niet het individu maar de omgeving zorgt voor gelijke kansen. 

Wat verder in de dialoog naar voren komt:

“In de kern zijn we allemaal gelijk. De omgeving bepaalt je kansen en daarmee je gedrag. Nu zoeken we dikwijls de oplossing bij het aanpassen van het individu. Wat als we de omgeving juist aanpassen? Dan mag je erop vertrouwen dat individuen de ‘juiste’ keuzes maken.”

Maar wat zijn die omgevingsfactoren dan, die dat individu zo beïnvloeden? Hier komt de brug naar de perspectieven die in deze toekomstverkenning centraal zijn komen te staan: 

  • De inrichting van de leefomgeving, inclusief het mobiliteitssysteem en de kwaliteit en dichtheid van de voorzieningsgraad op het eiland, maar ook een toekomstbestendige woningvoorraad en toekomstbestendige gemeenschaps- en schoolgebouwen.
  • Gezond en toegankelijk voedsel, waar je een relatie mee voelt, omdat het waar mogelijk van dichtbij komt en je de producenten van je voedsel kent.
  • Duurzame energie, op zo’n manier gerealiseerd, dat rechtvaardigheid geborgd is. 

Om er maar een paar te noemen. 

Wat een serieuze belemmering lijkt om de omgeving te beïnvloeden, is ook hier het besef dat commerciële belangen (geld als doel!) een grote rol spelen in de inrichting van die omgeving. Waardoor jongeren (als voorbeeld) eerder ongezond voedsel tot zich nemen, omdat dit goedkoper is en meer in het zicht ligt in het schap. Het bereiden van gezonde, verse lunches op bijvoorbeeld het Pieter Zeeman College, is op dit moment commercieel niet interessant genoeg. 

Ook Dorpshuizen worden op dit moment in eerste instantie geprikkeld om financieel de broek op te houden, waarmee structurele afspraken met commerciële afnemers, die dorpshuizen hele dagen per week afhuren, voorrang krijgen op het scheppen van ruimte voor initiatieven die buurtbewoners dichter bij elkaar en in gesprek brengen.  

In de context van kinderen spelen zoveel krachten en factoren (zie ook het bioecologisch model van Bronfenbrenner); laten we ons hier bewust van zijn. 

Meer over klimaatverandering en zeespiegelstijging

Iedereen is het erover eens dat Schouwen-Duiveland als gemeenschap klimaatverandering en zeespiegelstijging uiterst serieus te nemen heeft. 

Wat in de dialoog verder naar voren komt:  

“Als we geen droge voeten houden, als het eiland weg zou spoelen, of verder weg zou zakken vanwege de combinatie van inklinking van de polders, en zeespiegelstijging, is er geen ‘Wij-land’ meer”. We hebben daarom in beeld te brengen wat kennis is die nog ontbreekt op dit vlak en welke initiatieven er zijn om droge voeten te houden.

Een opbouwwerker kan de gemeente en allerlei sectoren met elkaar verbinden, opdat gezamenlijke actie op dit vlak ontstaat. Daarbij is het meetbaar maken van concrete doelstellingen op CO2, energie, water en stikstof van groot belang, als middel om voortgang te boeken. 

Meer over natuurinclusieve voedselproductie

Een mooi verlengstuk en concrete invulling van rentmeesterschap, is dat iedereen de beweging naar een natuurinclusieve voedselproductie als belangrijke gemeenschappelijke basis ziet, met een gezonde bodem als vertrekpunt. Dat geldt niet alleen voor de letterlijke bodem, maar ook voor de sociale bodem (mensen voelen weer een verbinding met hun voedsel en leven vanuit het besef: ‘wij zijn natuur’) en werkt generatie-overstijgend. 

Wat verder in de dialoog besproken wordt: 

Er is een vorm van landbouw, veeteelt en visserij nodig die minder intensief is, minder uitputtend voor de aarde en het water. Op zo’n manier dat agrariërs, vissermannen en veehouders hun inkomen behouden. 

Nieuwsgierigheid en een open houding naar wat buiten de eigen bubbel gebeurt, zijn hierbij van groot belang. En samenwerking is noodzakelijk om blokkades op te heffen, financieel en qua wet- en regelgeving. 

De voedselgemeenschap op Schouwen-Duiveland hecht veel waarde aan kennisdeling; zowel met externe instituten als onderling. Kennis wordt gevoed door praktijkervaring en daaruit voorkomende intuïtie en kan leiden tot wijsheid. 

De hele gemeenschap is het erover eens dat er geen dwang mag worden uitgeoefend op agrariërs om traditionele bedrijfsvoering om te zetten naar regeneratieve landbouw.    

Middels keukentafelgesprekken ontstaat meer begrip tussen boeren met verschillende achtergronden en bedrijfsvoeringen. Zo kan wederzijdse support ook groeien. 

Meer over rust en ruimte en jaarrond cultuur

Een andere invulling van ‘rentmeesterschap’ is behoud van rust en ruimte: er was breed besef van het ‘cadeau’ dat ons deze rust en ruimte op dit eiland gegeven is (‘de rente’), maar we moeten er wel voor staan dat dit behouden wordt. Een jaarrond cultuur gaat hierbij versterkend werken. 

Wat hier verder over gezegd werd: 

Waar boeren zich nu al als de hoeders van rust en ruimte zien en van een wijds landschap, werkt in de toekomst het hele Wij-Land mee in het erkennen en waarborgen van de unieke kracht van het landschap van Schouwen-Duiveland. Rust en ruimte blijven zo behouden, voor een ieder die zo geniet van het eiland als een plek om zijn of haar kop leeg te maken. 

Een speciale rol vervullen de vele culturele organisaties en festivals op het eiland, die de unieke landschappelijke en gemeenschapskracht van het eiland helpen waarborgen, vieren en eren, op zo’n manier dat er juist ook - in een goede balans - jaarrond ontmoeting, verwondering, herdenken en plezier mogelijk is. Het verenigingsleven, maar ook toeristen, op zoek naar bezinning en betekenis, spelen hier een grote rol in. 

Meer over zelfvoorziening energie en water

Een andere praktische invulling van rentmeesterschap is dat iedereen warm loopt en de noodzaak voelt om de beweging naar zelfvoorziening verder in te zetten op het gebied van energie en water. Zonder te negeren dat hierbij relaties met de ons omliggende eilanden en het landelijk stroomnetwerk van belang zullen blijven; al was het maar de komende decennia, maar vermoedelijk langer. Deze beweging is tevens ondersteunend aan de transitie naar een natuurinclusieve voedselproductie en is een praktische invulling van onze eilandelijke verantwoordelijkheid als het gaat om klimaatverandering.   

Wat hier verder over gezegd werd: 

Energie en water zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het zou mogelijk moeten zijn om in 2025 voor meer dan 50% zelfvoorzienend te zijn op Schouwen-Duiveland, doorwerkend naar 75% zelfvoorzienend in 2030 en 100% in 2040. Misschien dat een energie-water toren voor Schouwen-Duiveland weleens een hele interessante oplossing zou kunnen zijn? 

Om kansengelijkheid te bevorderen zijn aan de sociale onderkant maatwerkoplossingen nodig, 1 op 1 gesprekken in de taal van…en zichtbaar maken wat mogelijk is, in de vorm van >> “ik heb wat voor je…”.  

Ook het onderwijs heeft hierin een grote rol te vervullen. 

Meer over levensloop en toekomstbestendig wonen

Rentmeesterschap en kansengelijkheid vertaalt zich ook door naar het terrein van wonen. Wat iedereen wil op dit Wij-land, als het gaat om wonen is dat recht gedaan wordt aan de levensloop van mensen. We bouwen en renoveren levensloopbestendige woningen die passend en flexibel zijn, op de juiste plaats. Waarbij jong en oud, rijk en arm verbonden zijn, zodat ook kleine kernen leefbaar zijn. We werken aan een efficiënte en effectieve samenwerking tussen huiseigenaren, sociale verhuurders en particuliere verhuurders om zo verduurzaming van woningen en gemeenschapsgebouwen te realiseren. We nemen kennisoverdracht heel serieus; we trekken samen op in projecten. 

Wat verder gezegd werd: 

In de nabije toekomst is wonen op Schouwen-Duiveland energie/CO2 neutraal, tot op het niveau van materialen. Deze mogen van zo dichtbij mogelijk komen, bijvoorbeeld via teelt van gewassen voor duurzame isolatie, door Schouwse boeren. 

We werken actief aan het vergroten van de biodiversiteit “rondom” woningen en woningen zelf zijn zoveel mogelijk “natuurinclusief”. Gebruikte materialen zijn onderdeel van “circulaire kringlopen” en de gehele leefomgeving is erop gericht om zich aan te passen aan een veranderend klimaat, oftewel, Wij-Schouwen-Duiveland is "klimaatadaptief". 

Ook hierbij is de relatie met het onderwijs van groot belang. 

Vanuit het perspectief van ouderen is er ook het een en ander besproken over ‘toekomstbestendig wonen’.

Nederland vergrijst. We worden steeds ouder. Niet al die jaren brengen we in goede gezondheid door. Met de jaren komen meer gebreken en de zorgvraag neemt toe. Ons eiland heeft een grote aantrekkingskracht op “vitale ouderen” die hier graag heel mooi willen wonen en genieten van hun oude dag. Maar ook zij worden op een dag ‘echt oud’, met alle gebreken die daarbij komen.  Het is waardevol een onderscheid te maken tussen drie groepen ouderen: 

  • Vitale ouderen
  • Minder vitale ouderen, die nog wel zelfredzaam zijn
  • Niet meer zelfredzame ouderen

Vitale ouderen spelen een belangrijke rol in de samenleving. Vaak zijn er minder verplichtingen, en is er een schat aan ervaring. Dit is ‘rente’ die we moeten benutten!  Wat valt hier nog te winnen? Hoe gaan we dat vormgeven? 

Denk aan afname van leeftijdsdiscriminatie, niet verplicht stoppen met werken op leeftijd X. Het mogelijk maken om minder inspannend / veeleisend werk te doen. De term parttime pensioen wordt wel gebezigd. Het gaat om een zinvolle invulling van een leeftijdsfase waarin je nog kunt bijdragen aan de gemeenschap en je nog iets doet waardoor je je gewaardeerd voelt. Het mes snijdt aan twee kanten.

Minder vitale ouderen, die nog wel zelfredzaam zijn, kunnen een huishouden doen en zijn nog in staat tot zelfzorg, al dan niet met hulp van elkaar of directe omgeving. Hoe dat uitpakt hangt sterk af van een aantal bepalende condities: Netwerk, (familie, buren etc.) digitale vaardigheid, financiële situatie, woonruimte en omgeving etc. Wat zijn die bepalende condities? Hoe zijn die te beïnvloeden?

De groep die niet meer zelfredzaam is, betreft mensen die afhankelijk zijn van zorg in hun dagelijks leven. Die zorg kan bestaan uit professionele zorg of zogenaamde mantelzorg. Het is te verwachten dat het aantal mensen afhankelijk van zorg zal toenemen, terwijl er relatief veel minder mensen beschikbaar zijn om zorg op de huidige manier te kunnen leveren. Wat is er nodig om het verlenen van zorg aan ouderen in de toekomst te kunnen waarborgen? 

Nu al knelt het in de traditionele ouderenzorg. Dat zal niet beter worden de komende twintig jaar. We hebben te maken met zorgvraag en zorgaanbod, die gaan uit elkaar groeien. Het traditionele zorgaanbod vergroten zal moeilijk zijn: er zijn steeds minder mensen beschikbaar op de arbeidsmarkt. Kunnen we iets met de zorgvraag? Kan het beter en tegelijk efficiënter?

Juist door ouderen binnen de samenleving in de gebouwde omgeving te integreren met andere kleine huishoudens zal de vraag om professionele zorg kleiner kunnen worden. Het bevordert het hebben c.q. krijgen van een netwerk. Denk aan wooneenheden van ongeveer twintig à veertig huishoudens, met gemeenschappelijke voorzieningen (binnentuin, conciërge? etc.). Ook jongeren zullen vaker dan voorheen niet in traditioneel gezinsverband wonen en leven, dit is een trend die nu al duidelijk zichtbaar is. Op deze manier bouwen is dus niet na vijftig jaar weer overbodig en slooprijp. Voor de professionele zorgverlener is het ook erg praktisch als cliënten niet allemaal ver weg en door elkaar wonen

De wens: bouw aantrekkelijk zodat mensen daar graag verblijven. Maak er sociale huurwoningen van zodat er geen financiële drempels zijn. Bouw voldoende, er komen dan juist weer veel ruimere gezinswoningen vrij voor degene die daarnaar zoeken. 

Op deze manier ‘bouwen’ kan problematiek op het gebied van mobiliteit, eenzaamheid, de  financiële situatie en toegang tot zorg, in een klap adresseren. Dit is vermoedelijk veel effectiever dan per probleem werken aan een oplossing, aangezien deze allemaal met elkaar verbonden zijn. 

In Kerkwerve wordt op dit moment aan een dergelijk kleinschalig, intergenerationeel woonconcept gewerkt. Laten we dit mogelijk maken en daarvan leren! 

Meer over bereikbaarheid

Vooral vanuit het perspectief van kansengelijkheid, is er werk aan de winkel op het gebied van mobiliteit. Jong en oud moeten hier toegang toe blijven hebben, wat steeds minder het geval is. Mobiliteit moet betaalbaar blijven, bijvoorbeeld dankzij subsidie van de overheid. Er is meer duidelijkheid nodig over vervoer, over mogelijkheden en over de eigen verantwoordelijkheid. 

Wat hier verder over gezegd werd: 

Om sociale voorzieningen bereikbaar te houden, komt er een ‘app’, en een buren-carpoolsysteem. 

Er is gesproken om op het eiland te komen tot vier mobiliteitshubs. Eén per ingang van het eiland. Vanaf daar zou alternatief vervoer beschikbaar moeten zijn voor bezoekers en inwoners. Dit is niet een oplossing voor de korte termijn, maar wel een lange termijn visie. 

Meer over kenniscentra, voorzieningsgraad en grondhouding

Rentmeesterschap en kansengelijkheid vragen ook om extra aandacht voor de voorzieningsgraad en roepen op tot een andere grondhouding. 

Het is tijd dat Schouwen-Duiveland weer een wij-land wordt. Op een wij-land zijn samenwerking en verbinding krachtige elementen. Dit begint bij (laagdrempelige) activiteiten… DINGEN DOEN! Zo breed mogelijk. 

Wat hier verder over gezegd werd: 

Iedereen voelt zich in meerdere of mindere mate eigenaar en pakt daarin zijn verantwoordelijkheid. Extra aandacht is nodig voor community building en het organiseren van groepsvorming voor de jeugd (12-21 jaar). 

In het proces van het worden van een Wij-Land is er regie en zijn er voorlopers. Daarmee wordt de energie behouden, ook al ontstaat er weerstand. Weerstand wordt zo een bron van energie en verdiepend gesprek omdat het signaleert wat behouden wil/moet worden en wat op het spel staat. 

We zien als gemeenschap het belang van gemeenschaps-opbouwwerk en daar wordt kennis bij gehaald. De samenwerking tussen overheid, ondernemerschap en onderwijs wordt steeds steviger, onder andere via kenniscentra. We zien en gebruiken elkaars kwaliteiten en geven elkaar erkenning. Er zijn steeds meer gemeenschappelijke voorzieningen waarvan de deur open staat. 

Eens in de zoveel tijd is er een ‘heidag’ voor het hele Wij-land, waar gezamenlijke vooruitgang en belemmeringen worden gedeeld. 

Op het meest basale niveau is het over een paar jaar zo dat iedereen op dit Wij-Land elkaars buren kent, weet wat diens kwaliteiten en behoeften zijn en daar ook naar handelt. 

Meer over jongeren

Kansengelijkheid is specifiek voor jongeren een issue. Hoe betrekken we jongeren op thema’s die voor hen van belang zijn, om met plezier op/in Schouwen-Duiveland te blijven wonen en er weer naar terug te keren op het moment dat de tijd daar rijp voor is? Iets wat op dit moment heel lastig is, door (betaalbare) woningnood en tekort aan banen voor langer opgeleide jongeren. Daarbij is het cultureel aanbod specifiek voor jongeren tussen de 12 en 20 sterk afgenomen de afgelopen jaren.  

Wat hier verder over gezegd wordt: 

De hele groep voelt dat de mate waarin jongeren worden betrokken, mede de gezondheid en leefbaarheid van het gehele ‘Wij-Land’ bepaalt. 

De invulling van een Jongerenraad (of iets vergelijkbaars) heeft dan ook de aandacht van de gehele groep. Maar het gaat om het actief creëren van condities die de kans vergroten dat jongeren kunnen blijven en/of terugkeren. 

Meer over participatieve samenleving

Rentmeesterschap en kansengelijkheid zijn een natuurlijke brug naar een bijzonder soort gemeenschap: een veelkoppige, (veer)krachtige gemeenschap, ondersteund door een overheid die participatie stimuleert. Een gemeenschap die verantwoordelijkheid neemt door kennis op te doen en te delen en die zich bewust is dat iedereen op andere manieren participeert. Zo’n gemeenschap die verantwoordelijkheid neemt, doet zijn best om verder te groeien dan de zogenoemde “participatie elite” en doet recht aan de diversiteit aan manieren waarop mensen willen participeren. Dit vraagt om het vergroten van kennis en om het betrekken van mensen met andere mogelijkheden en voorkeuren voor participatie. 

Wat hierover verder gezegd werd: 

Het is belangrijk dat de gemeenschap van burgers en de gemeenschap van mensen die het bestuur vormt van dit Wij-land, elkaar beter leren kennen en werken aan wederzijds vertrouwen. 

Daar zijn momenten voor nodig om wederzijdse verwachtingen uit te spreken, van waaruit de gemeenschap speelruimte kan krijgen van ‘het bestuur’. En momenten waarop empathie kan ontstaan vanuit de gemeenschap voor de lastige beslissingen van ‘het bestuur’. 

Voor het bestuur geldt de aanmoediging vanuit de gemeenschap van dit Wij-land: probeer dingen, maak fouten, leer ervan en durf deze toe te geven. Benoem ook successen en vier deze. Vanuit wederzijdse kwetsbaarheid ontstaat begrip en veiligheid. En komen we voorbij wij-zij, naar Wij-land.